Kaarsjes
De kaarsverkopers langs de route naar de ‘kerk’ zijn niet werkeloos vandaag. Honderden vlammetjes lichten op tegen een inmiddels zwartgeblakerde achtergrond. Of je nu moslim bent of van Rooms-Katholieke huize komt, op deze plaats mag elke Albanees een kaarsje aansteken en dat verzegeld laten gaan van gebed. Maar… hoe meer lichtjes er gaan schijnen… des te tastbaarder wordt de duisternis. Niet alleen hier, maar ook een eindje verderop in dit bedevaartsoord. Een vrouw met een lege Maxi-Cosi staat in de rij voor dé grot. Juist op deze dinsdag zouden hier wonderen gebeuren. Misschien is het kinderzitje volgend jaar gevuld. Mensen toveren foto’s van geliefden tevoorschijn en wrijven ze over de stenen wanden, op hoop van zegen. Weliswaar nadat ze een flinke duit in het offerblok hebben gestopt. Mensen op zoek naar vrede, gezondheid, voorspoed. Zoekend en tastend… Zelfs letterlijk. Ik voel me machteloos. Tenminste, als ik naar beneden kijk. Mijn inspanningen kunnen deze duisternis nooit wegnemen. Maar… Hij kwam, het Licht der wereld. Met innerlijke ontferming bewogen over schapen zonder herder. ‘Heere, laat mijn leven door Hem een kaarsje zijn dat brandt in de nacht’.