Een dwaalweg en de enige Weg

Een introductie in het boeddhisme


Siddhartha Gautama, zo heette de prins die 2500 jaar geleden in Nepal werd geboren. Later zou hij gezien worden als één van de verschijningen van Boeddha. Eeuwen later is zijn invloed in Oost-Azië, onder meer in Cambodja, nog heel goed merkbaar en zichtbaar. Maar wie was deze prins? En wat leerde hij?

Door Evelien Smit

Siddhartha Gautama groeide op in weelde. Het gebied buiten het paleis was door zijn vader tot verboden terrein verklaard. Toen hij op een keer toch stiekem het paleis verliet, ontdekte hij het echte leven. Hij zag ouderdom, ziekte en dood. Dat maakte veel indruk op hem. Hij had er namelijk nog nooit bij stil gestaan dat het leven eindig is! Hij zag ook een monnik die zich wijdde aan de zoektocht naar de waarheid. Dat wilde hij ook. Hij wilde de waarheid ontdekken die een einde kon maken aan het lijden. Hij nam afscheid van zijn vrouw en pasgeboren zoon en beloofde terug te komen zodra hij de waarheid had gevonden. Siddhartha was toen 29 jaar oud.

Zoektocht naar verlichting

Levend in de bossen, putte hij zich uit in ascese, een strenge en vrome levenswandel. Hij at maar enkele rijstkorrels per dag en sliep op de harde, koude grond. Hij vond echter geen verlichting om tot de waarheid te komen. Siddhartha bedacht dat lichaam en geest in balans moesten zijn. Dat voerde hem tot mediteren. Hij zag, zo vertelde hij later, al zijn vorige levens. Siddhartha geloofde dat hij al veel vaker had geleefd, gestorven was en in een nieuw leven weer op de aarde was teruggekomen. Het was een cyclus van (letterlijk, niet geestelijk) sterven en opnieuw geboren worden als een ander mens, in het boeddhisme wedergeboorte genoemd. Deze keten van dood en leven werd in stand gehouden, zo ontdekte hij, door haat, begeerte en onwetendheid. Dat inzicht bleek heel belangrijk voor hem, want nu had hij ook de kennis hoe de kringloop doorbroken kon worden. Door deze ontdekking had Siddhartha zijn doel bereikt en was Boeddha geworden, wat de ontwaakte betekent. Nadat hij zijn vrouw en zoon weer had opgezocht, trok hij het hele land door en kreeg veel volgelingen. 

Achtvoudige pad, wiel met acht spaken

In het Boeddhisme spelen de vier edele waarheden een zeer belangrijke rol (zie onderaan Vier edele waarheden). De vierde edele waarheid is het meest praktisch en spreekt over het achtvoudige pad. Dit wordt vaak voorgesteld als een wiel met acht spaken. Voor een boeddhist is dit de weg die hij moet gaan in zijn leven. Het gaat dan bijvoorbeeld om het verwerven van het juiste inzicht, juist handelen, en het hebben van een juiste geesteshouding.
• Het juiste inzicht
• De juiste intentie
• De juiste spraak
• De juiste handelswijze
• Het juiste levensonderhoud
• De juiste inzet
• De juiste geesteshouding
• De juiste concentratie

Vijf geboden

Door zich aan onderstaande vijf geboden te houden, kan een mens zijn karma, zijn weg, beïnvloeden:
• Niet doden
• Niet stelen
• Geen overspel plegen
• Niet liegen
• Geen alcohol, tabak of drugs gebruiken.

Karma komt uit het Sanskriet en betekent letterlijk actie. Volgens de wet van karma leiden al onze bewuste gedachten, woorden en daden tot een specifiek gevolg in de toekomst. Alles hangt daarbij af van de intentie. Positieve handelingen brengen voorspoed en geluk, slechte intenties leiden tot rampspoed. Volgens het boeddhisme hebben we de geestelijke, lichamelijke en maatschappelijke omstandigheden in ons huidige leven zelf geschapen door onze handelingen uit het verleden. Een mens is volledig verantwoordelijk voor zijn eigen lot. Er is in het boeddhisme geen God die je voorspoed of ellende kan brengen.

Van God los

Samen met het taoïsme en jaïnisme is het boeddhisme een van de zeldzame religies die het bestaan van God ontkennen. Sommigen noemen het boeddhisme daarom een religie en geen godsdienst. Wat Boeddha wel bevestigde, was het bestaan van de deva’s, de goden uit de hindoecultuur waar hij zelf uit kwam. Zij hebben echter niet het eeuwige leven. Er is geen geloof in één almachtig Opperwezen. Toch is er wel een cultuur van devotie en verering. Sommigen vereren Boeddha zelf als een goddelijk wezen dat het mensdom overstijgt. Binnen sommige stromingen worden ook andere verlichte heiligen vereerd, vooral in het Tibetaans boeddhisme. Anderen noemen de waarheid en de uiteindelijke leegte god.

Wedergeboorte

Een boeddhist gelooft in wedergeboorte. Het begrip wordt echter totaal anders ingevuld dan in het christelijk geloof. Een boeddhist gaat ervan uit dat hij steeds opnieuw op de aarde wordt geboren, samsara genoemd, dat letterlijk betekent ‘in cirkels ronddraaien’. Wedergeboorte is nauw verbonden met karma, omdat de wereld waarin men herboren wordt, alles te maken heeft met de daden (karma) uit het verleden.
Nirwana is de staat van volkomen verlichting, de boeddhistische versie van het paradijs. Het is geen plek, geen hemelse wereld. Je komt er niet door genade van een god, maar alleen door je eigen inspanningen. Het is een staat van stralend, puur en oneindig bewustzijn. Men is dan één met alles wat leeft.

Rituelen

Het boeddhisme kent verschillende gedenkdagen, feesten en rituelen. Veel boeddhisten gaan naar een tempel om te mediteren, wierook te offeren en te knielen voor het beeld van Boeddha. De belangrijkste feesten herdenken gebeurtenissen uit het leven van Boeddha. Feesten wisselen per stroming en soms ook per land.
De lotusbloem is een zeer belangrijk symbool voor een boeddhist. De lotus heeft zijn wortels in de modder, maar bloeit open in de zuivere open lucht en symboliseert daarom de staat van verlichting en de leer van Boeddha.

Eén weg

Als we de leer van het Boeddhisme tot ons laten doordringen, valt op hoe alles in het teken staat van ‘zelf-doen’. Een mens heeft zijn eigen lot in handen. Men moet het achtvoudige pad volgen en is blind voor de enige Weg, dé Waarheid en hét Leven, Jezus Christus. Dat wijst ons op de grote noodzaak om ook onder boeddhisten deze Weg te verkondigen. En daarbij te wijzen op de noodzaak en de mogelijkheid van een andere wedergeboorte, een geestelijke nieuwe geboorte, die niet uit de mens is, maar uit God.

 

Vier edele waarheden

De leer van het boeddhisme is samen te vatten in wat de ‘vier edele waarheden’ worden genoemd:
1. Het leven is lijden, alle levende wezens lijden. Lijden wordt ruim opgevat: alles wat de innerlijke gemoedsrust verstoort.
2. Lijden wordt veroorzaakt door begeerten en het hechten aan het leven. Daardoor zit de mens gevangen in de kringloop van geboorte, sterven en opnieuw geboren worden.
3. Lijden kan worden beëindigd door niets meer te verlangen. Zo wordt de kringloop doorbroken en kan het nirwana worden bereikt, de gelukzaligheid.
4. Om daar te komen moet het achtvoudige pad worden afgelegd.

Cambodja en Boeddhisme

Het nieuwe zendingsveld Cambodja is ook grotendeels boeddhistisch, hoewel vermengd met animisme (natuurgodsdienst). Meer dan 95 procent van de inwoners van Cambodja is aanhanger van het theravada-boeddhisme. Tijdens de Rode Khmer zijn veel boeddhistische monniken vermoord. Na die tijd is het boeddhisme echter weer helemaal teruggekomen in Cambodja. Sinds 1989 is het de staatsgodsdienst. In het noorden en noordoosten van het land is het boeddhisme veelal vermengd met animisme en voorouderverering. De overige 5 procent bestaat uit moslims, hindoes en een klein aantal christenen. Ook is er nog een groepering die zich Cao Dai noemt, een mengelmoes van meerdere geloven. De grondwet garandeert vanaf 1993 godsdienstvrijheid.

Ervaring van een werker in Oost-Azië

De dirigent van ons buurtorkest heet iedereen hartelijk welkom aan het begin van de repetitie. Ze benoemt dat het vandaag binnen het boeddhisme een belangrijke dag is. Als één van de weinige fanatieke boeddhisten die ik ken, voegt ze ons allemaal hartelijk een boeddhistische zegenwens toe. De wens wordt door de orkestleden met de boeddhistische variant van amen beantwoord. Ik voel me zeer ongemakkelijk. Doe ik er nu eigenlijk wel goed aan om van dit orkest deel uit te maken, hoor ik hier wel? In de pauze komt één van mijn mede-cellisten naar me toe. 'Wat betekent amen?' vraagt hij. Ik vraag hem naar de achtergrond van zijn vraag. Hij blijkt ooit in Amerika te zijn geweest en daar de maaltijd te hebben gebruikt bij een christelijke familie. Daar heeft hij dit woord gehoord en nu (ingegeven door de start van deze repetitiemorgen?) komt hij naar mij met onder andere deze vraag. Voor mij voelt het als een bevestiging dat het goed is om als christen aanwezig te zijn tussen de mensen, beschikbaar te zijn voor hun vragen. En vooral om hopelijk zo toch iets te mogen doorgeven van Hem Die waar en zeker is.

Stromingen van het boeddhisme

Na de dood van Boeddha viel de religie uiteen in twee hoofdrichtingen: het mahayana-boeddhisme en het hinayana-boeddhisme. Een groep van duizend monniken die een wat soepeler leer voorstonden, scheidde zich af. Het nirwana is volgens deze stroming voor iedereen bereikbaar. Een mens is al verlicht en moet zich er alleen bewust van worden. Mahayana-boeddhisme wordt daarom het ‘grote voertuig’ genoemd, iedereen past erin. Het mahayana-boeddhisme heeft zich onder andere verspreid over China, Nepal, Japan, Korea en Vietnam.

Het hinayana- of theravada-boeddhisme komt vooral voor in Cambodja, Sri Lanka, Myanmar, Thailand, Indonesië, Maleisië en Zuid-India. Deze richting binnen het boeddhisme beperkt zich tot de individuele verlossing van de mens, zonder tussenkomst van anderen, en heet daarom het kleine voertuig. Wie zelfstandig de verlichting bereikt, wordt arhat. Deze status is echter alleen voorbehouden aan de monniken. Leken kunnen tijdens hun leven op aarde hoogstens iets toevoegen aan hun karma en herboren worden in een hogere positie.

Daarnaast bestaat het Tibetaans boeddhisme, dat ook wel de snelweg naar verlichting wordt genoemd, of Vajrayana, diamanten voertuig. Het nirwana kan in slechts één leven bereikt worden, waardoor meerdere wedergeboorten dus niet nodig zijn. 

Eerder verschenen in Paulus 354 - november 2016