Nu tellen we nog, straks niet meer

Evelien Smit en Jeanet Zuidweg

Binnen de opdracht van de generale synode aan het deputaatschap Zending wordt regelmatig nagedacht over het zendingswerk op langere termijn. De vraag is gesteld: ‘Is uitbreiding mogelijk nu het werk op Papoea en in Nigeria overgedragen is aan de gemeenten die uit het zendingswerk zijn ontstaan?’
We spreken hierover met deputaat ds. W. Harinck, directeur P. Eikelboom en missioloog en toeruster J.H.C. Kooijman. Zij maken deel uit van de commissie Nieuw zendingsveld die door het deputaatschap is benoemd. Naast hen maken ook ds. G.W.S. Mulder, ds. J.M.D. de Heer en ouderling C.J. Hogendoorn deel uit van deze commissie.

Motief

Vorig jaar is de commissie gevormd die de mogelijkheden naar uitbreiding van het zendingswerk onderzoekt. Ds. Harinck benadrukt: ‘Het zoeken naar een nieuw zendingsveld is een geestelijk proces. Het is het uitzien en het gebed van het deputaatschap dat de Heilige Geest leiding geeft. En dat Hij ons de weg wijst, of tegenhoudt als we verkeerde wegen inslaan, zoals ook Paulus werd verhinderd om naar Azië en Bythinië te gaan. ZGG sluit in haar zoektocht overigens aan bij haar verleden. Vanaf het begin is het gegaan om daar te werken waar Christus niet genoemd was (Rom. 15: 20).’
Eikelboom: ‘Je zou kunnen zeggen dat dit in de genen van ZGG zit. De Heere Jezus heeft de opdracht ‘Gaat dan henen, onderwijst al de volken’ (Matth.28: 19) in handen van Zijn kerk gelegd. Dat is het Bijbelse motief om te blijven zoeken naar nieuwe mogelijkheden. De Heere Jezus zegt: ‘Ik heb nog andere schapen, die van deze stal niet zijn; deze moet Ik ook toebrengen en het zal worden één kudde, en één Herder’' (Joh.10: 16).

Wat zijn onbereikte volken?

Missioloog Kooijman legt uit dat we onder onbereikte volken een groep mensen verstaan waaronder er geen inheemse gemeenschap van gelovige christenen met voldoende aantallen en middelen is om binnen deze groep mensen te evangeliseren. 'Het begrip christen wordt hierbij overigens breder gedefinieerd dan alleen diegenen die de gereformeerde leer belijden.’
Ds. Harinck hoort nog wel eens geluiden dat men denkt dat bijna alle volken zijn bereikt, maar dat is niet zo. Uit onderzoek blijkt dat 6.600 van de in totaal meer dan 16.000 volken als onbereikt aangemerkt worden. Dat zijn meer dan twee miljard mensen!’ De predikant zegt: ‘Het greep me persoonlijk erg aan, om er weer bij bepaald te worden hoevelen er nog niet zijn bereikt. Maar wat ik wel mocht zien was dat we nu nog tellen hoeveel mensen er niet zijn bereikt. Maar straks zal het een ontelbare schare zijn.’
De anderen vullen aan: ‘Het is een grote vreugde en een voorrecht dat we nog zending mogen bedrijven en dat we daartoe ook nog in staat worden gesteld. De Heere zorgt ervoor dat we steeds de mensen en middelen ontvangen.’

Wanneer ZGG een bepaald gebied verlaat, wil dat niet zeggen dat alle mensen daar zijn bereikt. Maar wel dat er een gemeente is ontstaan die zelf het werk ter hand neemt om het Evangelie te brengen onder het eigen volk. Zo werkte Paulus ook. Hij had het voornemen om naar Spanje te gaan, toen in Azië en Griekenland tijdens de verschillende zendingsreizen gemeenten waren ontstaan. In elke brief van Paulus aan de gemeenten herinnert hij hen aan de opdracht om uit te gaan, bijvoorbeeld 1 Thess. 1: 8: ‘Van u is het Woord des Heeren luidbaar geworden, niet alleen in Macedonië en Achaje maar ook in alle plaatsen is uw geloof, dat gij op God hebt, uitgegaan.’

Gods beloften

Wordt er bij het zoeken naar een nieuw veld gelet op beloften in de Bijbel voor bepaalde volkeren? Kooijman verwijst in zijn antwoord naar Openbaring 15. ‘Daar staat dat er een schare zal zijn uit alle volken. Dat betekent dat er voor alle volken beloften zijn. De opdracht van de Heere Jezus is om alle volken te onderwijzen. Opdracht en belofte gaan samen. Het werk is daarom per definitie niet tevergeefs. Wij weten niet wat het werk van ZGG precies bijdraagt. Maar het werk wordt gedaan, getrouw aan de opdracht en hopend op de vervulling van de belofte.’

Werkwijze

Eikelboom vertelt over de werkwijze van de commissie. ‘We hebben eerst onderzocht hoe de zoektocht naar een nieuw veld in het verleden is gegaan. Veel ervan was nog bruikbaar. Er wordt vanuit de lijst met onbereikte volkeren een verkorte lijst opgesteld. De commissie beoordeelt welke volken passen binnen de karakteristieke werkwijze van de ZGG (zie tekst onderaan voor meer informatie). Het deputaatschap besluit vervolgens naar welke volken een diepteonderzoek gedaan wordt. Tevens zal ZGG contact leggen met organisaties die al contacten hebben met de betreffende bevolkingsgroep.
Op basis van alle informatie zal het deputaatschap een keus maken en bezoeken brengen aan verschillende volken. Naar verwachting zal in de tweede helft van 2016 meer duidelijk zijn. Omdat dit proces nu nog niet afgerond is, kan ook nog niet gezegd worden wat voor zendingswerkers nodig zijn.’
Kooijman onderstreept: ‘Het is belangrijk dat we de tijd nemen. Het is niet zomaar iets. Het is goed om met dit onderzoek bezig te zijn. Het geeft oog voor de nood in de wereld. Het is ons uitzien dat de gemeenten het onderzoek meedragen in het gebed.’

Betrokkenheid

De laatste maanden zijn verschillende vacatures vervuld. Toch zijn er ook op de bestaande velden nog meerdere vacatures. In hoeverre wordt daarmee rekening gehouden bij het openen van een nieuw zendingsveld?
Eikelboom: ‘Ik zou de redenering eerder omdraaien. Hoe moeilijker het is om de vacatures te vervullen, hoe moeilijker het moet zijn om niet uit te gaan. Op 4.000 (doop)leden hebben wij als Gereformeerde Gemeenten maar één zendingswerker uitgezonden. Dat is niet veel. Met het uitbreiden van het werk, zal de Heere ook voor middelen zorgen. We gaan onze weg in vertrouwen op de Heere.’
Ds. Harinck vult aan: ‘In het verleden hebben we gezien dat als er een nieuw veld werd geopend, de Heere de middelen en werkers gaf en dat het leidde tot nieuwe betrokkenheid vanuit de gemeenten.’

‘Het zoeken naar onbereikten zit in de genen van ZGG’

Bij de vraag naar uitbreiding, is ook gekeken wat karakteristiek is voor ZGG. Wie is ZGG, wat is het mandaat en waardoor wordt ZGG gekenmerkt? De generale synode heeft het deputaatschap Zending de volgende opdracht gegeven: ‘Zending is die arbeid van de kerk onder de niet-gekerstende volken, die in Woord en daad gestalte geeft aan Christus’ opdracht aan Zijn Kerk, opdat onder Zijn zegen en tot eer van Zijn Naam daar Zijn Koninkrijk mag komen en openbaar zal worden in zelfstandige gemeenten.’

De volgende punten zijn karakteriserend voor ZGG: 

  • Werkt in afhankelijkheid van de Heere, getrouw aan de Bijbelse opdracht, biddend om vervulling van de beloften dat velen uit allerlei volken worden toegebracht
  • Wil de schat van de Bijbel én van de reformatorische traditie delen met onbereikte volken
  • Zendt werkers uit voor lange termijn, gericht op vorming van zelfstandige gemeenten
  • Werkt in relatief veilige gebieden (dit mede in verband met gezinnen die uitgezonden worden)
  • Communiceert open en transparant met de overheid
  • Werkt legaal


Eerder verschenen in Paulus 349 - november 2015