Schieten op de mangoboom

Veiligheid op de zendingsvelden


Het waren angstige ogenblikken in het donker. Buiten knalde een geweer en de werker dacht dat op haar geschoten werd. Later kwam de ontknoping: het was niet op haar gemunt; een jongeman uit de buurt had dertig kogels afgevuurd op de mangoboom op het erf om de boze geesten te verjagen. Ook de buren waren erg geschrokken.

Door P. Eikelboom 

Zomaar een verhaal van Ineke Troost over veiligheid. In Guinee wordt er wel vaker een schot gelost. Meestal voor het doden van schadelijke of gevaarlijke dieren, zoals slangen. Maar ook bij geweld. Guinee wordt gekenmerkt door staatsgrepen. Op de in december democratisch gekozen president Condé is al weer een (mislukte) aanslag gepleegd. De hoofdstad Conakry is in de afgelopen jaren verschillende keren het toneel geweest van onrust en onlusten.

Onrust

Guinee past in het plaatje van het afgelopen jaar, want het is opmerkelijk onrustig in de wereld. Regeringen - ook de westerse - hebben de handen vol aan economische problemen en een ontevreden bevolking. In allerlei landen zijn demonstraties, coups en opstanden. De onlusten in Arabische landen en Noord-Afrika doen overheden in Azië het hart vasthouden. Regeringen vergroten hun greep op de bevolking om controle te houden.
We zien de onrust ook in landen waar ZGG werkt. Daarbij moeten we wel bedenken dat hierover in Nederland vaak meer zorgen leven dan bij werkers zelf. Werkers benadrukken vaak dat ze goed moeten weten wat ze doen en dat het dan meestal wel veilig is. Aan de andere kant zijn er plaatsen waar ze beter niet kunnen komen omdat er onlusten (kunnen) zijn.
De andere kant is - om nog even bij Guinee te blijven - dat er in de afgelopen jaren wel periodes met veel gevaar en onrust geweest zijn. Er waren bloedige incidenten en de werkers hebben zich toen strikt aan veiligheidsmaatregelen gehouden.

Verslechtering

Er is altijd geweld geweest en er zijn landen waarin al jarenlang opstanden en oorlogen woeden die de bevolking uitmergelen. Geweld is het zendingswerk in het verleden niet voorbijgegaan en dat zal niet anders worden. Geweld heeft vaak een politiek karakter en gaat om macht en aandacht. Daarnaast spelen geld en corruptie een belangrijke rol.
We volgen de politieke en economische ontwikkelingen in de landen en gebieden waar we werken. Want ook al zullen zendingswerkers niet met grote verhalen komen, toch zijn er ontwikkelingen die in de laatste tien jaar verschuivingen laten zien. De tijd lijkt voorbij te zijn dat bij conflicten een buitenlander die voor niet-politieke doeleinden in een land werkt, vanzelfsprekend buiten schot gehouden wordt. Afghanistan is daar een sprekend voorbeeld van. Dit is een wereldwijde trend.
Uit onderzoek naar de veiligheid van expats (mensen die in het buitenland wonen en werken) blijkt dat over het algemeen bezien de situatie verslechtert. Het aantal geweldsincidenten tegen expats is sterk toegenomen. Ten opzichte van het jaar 2000 was het in 2008 ruim verdrievoudigd en dat is de laatste jaren niet anders geworden. Bij geweld gaat het niet om het rollen van een portemonnee, maar om overvallen, kidnapping langer dan 24 uur en bedreigingen waardoor het werk onmogelijk wordt gemaakt. Het leeuwendeel van geweld bestaat uit overvallen als mensen onderweg zijn, al dan niet met dodelijk gevolg.

Terugtrekken

Geweld neemt dus toe. Betrekkelijk nieuw is daarbij dat ook neutrale (niet-politieke) organisaties steeds meer het slachtoffer van geweld en bedreiging zijn. In sommige regio’s helpt een onpartijdige opstelling niet meer. Of je nu wel of niet verbonden bent aan de overheid of een strijdgroep doet er dan niet meer toe. Dat kan ook gelden voor zendingsorganisaties. Onze ervaring is tot nu toe dat het onderhouden van goede relaties in de regio onze werkers beschermt. Jarenlang goed contact met de burgemeester Ibrahima Barry van Boké is daar een voorbeeld van.
De redenen van geweld zijn vooral economisch. Toenemende armoede en honger of de groter wordende kloof tussen rijk en arm zijn belangrijke oorzaken van geweld.
Veel organisaties nemen maatregelen om geweld te stoppen of te verminderen. Soms trekt men zich terug uit een regio of land en draagt het werk over aan lokale mensen. Dit biedt in veel gevallen nauwelijks soelaas omdat het geweld zich dan naar lokale mensen verplaatst zodat mensen en werk alsnog bedreigd worden. Bovendien raak je als buitenlandse organisatie het contact sneller kwijt en kun je niet goed inschatten hoe het werk gedaan wordt. Als zending merken we hoe nuttig het is mensen ter plekke te hebben.

Overdag reizen

Er zijn grofweg drie manieren om je zo goed mogelijk te beschermen tegen geweld. De eerste is ervoor te zorgen dat je geaccepteerd en gewaardeerd wordt. Hieraan wordt veel aandacht besteed doordat zendingswerkers goede contacten onderhouden met de mensen in hun leefomgeving. Door contacten bouw je niet alleen waardering op, maar stimuleer je ook dat je gewaarschuwd wordt als er gevaar is of als je iets riskants doet.
De tweede manier is het nemen van beschermende maatregelen. Een simpele maar effectieve afspraak is om alleen overdag te reizen. Ook het opbouwen van een sociaal netwerk van mensen die iets voor je kunnen doen, is een voorbeeld van een voorzorgsmaatregel.
De derde manier is afschrikking: je bewapent jezelf, je doet je werk en je kijkt niet meer naar de verhouding met de omgeving. Deze aanpak is voor ons niet aan de orde omdat juist het contact met lokale mensen van belang is in het zendingswerk. Wel worden bijvoorbeeld huizen van werkers in Guinee ’s nachts bewaakt. Dat blijkt terecht te zijn.

Veiligheidsbeleid

ZGG heeft een lange traditie in het op de voet volgen van de ontwikkelingen op het gebied van veiligheid. Dat zijn we aan de werkers en hun eventuele gezinnen verplicht. Dit beleid gaat overigens over meer dan geweld. Er is ook aandacht voor reizen en verkeer, want verkeersongelukken vormen de meest voorkomende doodsoorzaak van buitenlandse werkers. Ook het omgaan met natuurrampen, zoals een aardbeving of vulkaanuitbarsting verdient aandacht.
Veiligheidsbeleid moet telkens geactualiseerd worden. Beleid en verantwoordelijkheid, de praktische richtlijnen en ook communicatie en informatie moet steeds worden bijgesteld. Het gaat daarbij om concrete zaken. Als er regelmatig buitenlandse werkers gegijzeld worden, moet een zendingsorganisatie daar afspraken over maken. Wat doen we zelf en wat laten we doen door deskundigen? Bij een kidnap moeten we niet zelf de onderhandelingen voeren. Wel moet op beleidsniveau (deputaatschap) een besluit vallen of er bijvoorbeeld losgeld betaald wordt of niet.
De werkers op het veld zorgen ervoor dat er een bijgewerkt draaiboek is voor allerlei situaties zodat ieder in noodgevallen weet wat er te doen is. Daarin staan gedragsregels, adressen en routes om een gebied of land te verlaten. Maar ook de contacten met een ambassade zijn geregeld.
Voor Nederland zijn er afspraken wanneer en hoe er contact gezocht wordt met zaakwaarnemers en familieleden van uitgezondenen. Ook wordt daar beslist over het informeren van de achterban.

Biddend meeleven

Veiligheidsbeleid komt zo dichtbij. Het heeft ook met Nederland, familie en achterban te maken. Het komt aan op goed informeren. Daarbij maken we keuzes welke informatie we doorgeven. Je kunt niet elk incident noemen. Dan schieten we ons doel voorbij. Het gaat erom dat zendingswerk onder ons blijft leven. We informeren op ingetogen toon. Zendingswerk mag geen heroïsche of avontuurlijke trekjes krijgen. In zijn kern heeft dit geestelijke werk daar niets mee te maken.
Informeren maakt meeleven mogelijk. Bij meeleven hoort gebed. Gebed voor het werk en de veiligheid van werkers en hun gezinnen. Gebed voor nieuwe werkers wordt vaak genoemd, maar gebed voor de uitgezonden werkers en hun veiligheid is even noodzakelijk.
De kogels op de mangoboom hebben zeker met (on)veiligheid te maken. Toch laten ze vooral iets zien van een heidens bijgeloof. Vergeet dát vooral niet in het gebed.

Eerder verschenen in Paulus 325 - september 2011 

Schieten op de mangoboom

Schieten op de mangoboom

  • Download